VERBORGEN GEBREKEN

“Wanneer u nú niet beslist “gun” ik het huis aan een ander.” Het komt in de praktijk helaas voor.. U wilt een bod uitbrengen op een woning en u neemt de tijd voor een gedegen onderzoek naar de bouwkundige staat. Jammer, een andere koper doet dit niet en kaapt de woning voor uw neus weg.

U koopt zoals de woning is
Het uitgangspunt van de wet is dat vanaf het moment van de eigendomsoverdracht de eventuele gebreken aan de woning voor rekening en risico van de koper zijn. Dat betekent dat u de woning in beginsel koopt inclusief alle zichtbare (bijvoorbeeld matig verfwerk) maar ook verborgen gebreken (bijvoorbeeld verzakte fundering). Aan zowel koper als de verkoper legt de wetgever echter eisen op om teleurstellingen aan de kant van de koper te voorkomen.

Van de koper wordt verwacht dat hij zich in redelijke mate inspant om te onderzoeken of de woning inderdaad aan zijn verwachtingen voldoet (onderzoeksplicht). De bouwkundige staat van de woning kan door een deskundige worden beoordeeld. Middels een bouwkundige keuring krijgt u een goed beeld van de bouwkundige staat van de woning en met welke kosten voor reparaties u in de komende jaren rekening moet houden.

Verkoper heeft ook een verplichting
De verkoper heeft echter ook een verplichting. Hij moet de hem bekende gebreken op eigen initiatief aan de koper melden (mededelingsplicht). Hierbij geldt de algemene regel dat de mededelingsplicht zwaarder weegt dan de onderzoeksplicht. Verklaart een verkoper dus nadrukkelijk dat bijvoorbeeld alle leidingen het afgelopen jaar door een professionele loodgieter zijn vernieuwd, dan mag u hiervan uitgaan. Blijken die leidingen helemaal niet te zijn vernieuwd, dan kan de verkoper zich niet verweren met de mededeling dat u dit toch zelf had kunnen ontdekken wanneer u een goed onderzoek had gedaan.

Twee uitzonderingen
Op het beginsel dat vanaf het moment dat de woning in eigendom overgaat alle eventuele gebreken aan de woning voor rekening van de koper komen, zijn twee uitzonderingen, te weten:

1. De gebreken zijn zodanig ernstig dat de woning niet meer op normale wijze kan worden gebruikt. Bijvoorbeeld de situatie dat de funderingen zo zijn verzakt dat kort na de eigendomsoverdracht instortingsgevaar dreigt.
2. De verkoper is van een gebrek op de hoogte maar meldt dit niet aan de koper.

Vooral bij de tweede situatie kunt u zicht voorstellen dat wanneer de koper er zeker van is dat de verkoper van het gebrek op de hoogte was maar deze blijft volhouden niets van het gebrek te hebben geweten, dit in de praktijk tot allerlei vervelende situaties kan leiden.

Bouwkundige keuring en rechtsbijstandverzekering
Denkt u in de komende periode een woning te gaan kopen, overweeg dan tijdig een goede en uitgebreide rechtsbijstandverzekering af te sluiten. Wacht hiermee niet tot het moment van aankoop. Vaak kennen rechtsbijstandverzekeringen een wachttermijn. Dit wil zeggen dat er een aantal (bijvoorbeeld 3 of 6) maanden verstreken moet zijn tussen het ontstaan van het geschil en de ingangsdatum van de rechtsbijstandverzekering. Daarnaast biedt de rechtsbijstandverzekering geen hulp indien het geschil reeds bestond op het moment dat u de rechtsbijstandverzekering afsloot. Komt er een geschil met de verkoper, verhuizer of aannemer dan kan een rechtsbijstandverzekering uitstekend van pas komen. Naast besparing van juridische kosten beseft de tegenpartij ook snel dat het onterecht vasthouden aan bepaalde stellingen weinig zin heeft.

Daarnaast, maar dat zal u uit dit artikel duidelijk zijn, is het verstandig om altijd een bouwkundige keuring te laten uitvoeren voordat u definitief gebonden bent aan de aankoop.

EEN UURTJE ZON ……

De hoeveelheid energie die uit een uur zon op het aardoppervlakte valt, is in theorie voldoende om te voorzien in de energiebehoefte van de hele wereld gedurende een heel jaar! Geen wonder dat steeds vaker zonnepanelen worden geplaatst. Overweegt u dit te doen? Laat ons dit dan weten. Want plaatsing van zonnepanelen kan de nodige gevolgen hebben voor uw verzekeringen.

Sterke groei aantal zonnepanelen
Steeds meer eigenaren van woningen of bedrijfspanden gaan over tot het plaatsen van zonnepanelen. Op de daken van Nederlandse huizen stond in 2018 voor 2.300 megawatt aan vermogen van zonnepanelen opgesteld. Een jaar eerder was dat 1.680 megawatt. Een toename van 37 procent, aldus het CBS.
Nu afgelopen jaar het Kabinet de subsidieregeling voor particulieren voor zonnepanelen met drie jaar heeft verlengd, is de verwachting dat het aantal daken met zonnepanelen sterk zal stijgen.

Goede installatie en onderhoud is belangrijk
Het aanbrengen van een zonnepaneel vraagt de nodige deskundigheid en bouwtechnische kennis. Er moet bijvoorbeeld de zekerheid zijn dat het dak de extra belasting kan dragen. Maar ook de installatie zelf vraagt om de nodige vakkennis. Weinig mensen beseffen dat wanneer de zonnepanelen eenmaal zijn aangebracht er warmte, tot wel 80 graden, aan de achterzijde van de zonnepanelen vrijkomt. Goede isolatie is dus essentieel! Ook onderhoud is belangrijk. Want vogels en andere kleine dieren kunnen nestjes van brandbaar materiaal maken in de ruimte tussen het dak en het zonnepaneel. Door de warmteafgifte van de zonnepanelen kan dan brand ontstaan.

Hoe zit het eigenlijk met de verzekeringen?
De zonnepanelen hebben vaak een aanzienlijke waarde bij aanschaf. Goede zonnepanelen gaan circa 30 jaar mee. Veel leveranciers garanderen dat na 25 jaar de zonnepanelen nog 80% van hun capaciteit leveren. Maar wat is de waarde van zo’n zonnepaneel na bijvoorbeeld 10 jaar? Wat wanneer door een storm panelen vernield worden? Of gestolen? Is er dan een verzekering die de schade vergoedt? En wat is dan uw schade? De prijs die u 10 jaar geleden voor de zonnepanelen betaalde of de kosten die u kwijt bent om nieuwe panelen te plaatsen? En hoe zit het dan met de installatiekosten? En de kosten van het energieverlies omdat u na een calamiteit niet direct de zonnepanelen kunt vervangen?
Belangrijk is om ook te kijken wat de gevolgen van het aanbrengen van zonnepanelen op uw dak zijn voor de verzekerde bedragen van uw bestaande verzekeringen. Indien u uw verzekeringen na het aanbrengen van zonnepanelen niet aanpast, kan er een situatie van “onderverzekering” ontstaan. Dit kan er zelfs toe leiden dat een schade aan uw woning of inboedel die niets te maken heeft met de zonnepanelen, toch niet meer voor de volle 100% wordt vergoed, omdat de totale waarde van uw woning of inboedel hoger is dan het totale bedrag dat u heeft verzekerd.

Verzekeringsmaatschappijen breiden verzekeringsmogelijkheden uit
Steeds meer verzekeraars maken het mogelijk om zonnepanelen te verzekeren. Ze kunnen verzekerd worden met een opstal- of inboedelverzekering. De eigenaar van de woning zal de zonnepanelen vaak verzekeren via de verzekering van het pand (opstalverzekering). Ook huurders kunnen (in overleg met de verhuurder) besluiten zonnepanelen aan te brengen. Een aantal verzekeraars maakt het mogelijk om die panelen dan mee te verzekeren op de inboedelverzekering.

Daarnaast zijn er steeds meer verzekeraars die een specifieke dekking bieden voor zonnepanelen, waarbij ook opbrengstverliezen na schade zijn meeverzekerd.

Informeert u ons? Wij denken graag met u mee
Heeft u al zonnepanelen op uw dak of gaat u binnenkort hiertoe over? Informeert u ons dan? Wij onderzoeken graag voor u de consequenties voor uw verzekeringspakket, zodat uw verzekeringen blijven doen wat ze moeten doen: zekerheid bieden. We zijn u graag van dienst!

Geef uw hypotheek regelmatig aandacht

Er is een grote kans dat sinds het moment waarop u in het verleden uw hypotheek afsloot, de fiscale regels zijn veranderd.
Zo’n verandering is bijvoorbeeld de fiscale aftrek van de hypotheekrente. Sinds 2014 wordt het fiscale voordeel van de hypotheekrente geleidelijk verlaagd met 0,5% per jaar. In 2018 heeft het kabinet besloten dat de afbouw van de hypotheekrente vanaf 2020 wordt versneld met 3% per jaar in plaats van 0,5% per jaar. Dit betekent dat in 2023 de hypotheekrente aftrekbaar is tegen maximaal 37,10%.
Mogelijk heeft u met deze lagere aftrek geen rekening gehouden toen u in het verleden uw hypotheek afsloot. Eenvoudigweg omdat de maatregelen op dat moment nog niet bekend waren. Toch betekent deze wijziging wel iets voor uw besteedbaar inkomen. Het is dan ook verstandig om tijdig inzicht te krijgen wat deze gevolgen voor uw situatie zijn en welke aanpassingen aangebracht kunnen worden om het nadelige effect te verminderen.

Verhuizen of verbouwen?
In veel gebieden in Nederland is het aanbod van te koop staande woningen beperkt en zijn de prijzen relatief hoog. Wij voeren op dit moment steeds vaker gesprekken met relaties die van plan waren te gaan verhuizen, maar bij gebrek aan goede alternatieven besluiten hun bestaande woning te gaan verbouwen. In de praktijk zien we dat veel relaties achteraf heel tevreden zijn over deze keuze en dat zij financieel voordeliger uit zijn dan wanneer zij een andere woning hadden gekocht. Uiteraard kost een dergelijke verbouwing ook geld. Maar net als de aankoop van een andere woning kan ook een verbouwing goed gefinancierd worden.

Welke premie betaalt u voor uw ORV?
Veel gezinnen hebben in het verleden een overlijdensrisicoverzekering afgesloten. Bijvoorbeeld in het kader van een hypothecair krediet. De gedachte bij het afsluiten van een dergelijke verzekering is, dat indien een van de kostwinners komt te overlijden er een (forse) uitkering uit de verzekering volgt, waarmee de hypotheek (grotendeels) kan worden afgelost en de achterblijvende partner en eventuele kinderen in de woning kunnen blijven wonen ook al is het gezinsinkomen veel lager.

De kosten van premies voor overlijdensrisicoverzekeringen die nieuw worden afgesloten, zijn stukken lager dan in het verleden. Wilt u hiervan profiteren dan kan dat alleen wanneer de bestaande verzekering wordt beëindigd en een nieuwe verzekering wordt afgesloten. Maar dat laatste kan alleen wanneer de gezondheid van de te verzekeren personen niet belangrijk is verslechterd. Het kan financieel interessant zijn om te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn. Een dringend advies: zeg nooit een overlijdensrisicoverzekering op voordat u definitief geaccepteerd bent voor een nieuwe verzekering.

Betaalt u wel de juiste risico-opslag?
Over uw hypotheek betaalt u een rente. Dit rentepercentage is opgebouwd uit verschillende onderdelen. Een van deze onderdelen heet “risico-opslag”. Kort gezegd komt het erop neer dat hoe dichter de actuele waarde van de woning ligt bij de hoogte van de totale schuld, hoe hoger de opslag is die de bank op de rente zet die aan u in rekening wordt gebracht. Maar andersom geldt dus ook. Is het restant van uw hypotheekschuld bijvoorbeeld nog maar 50% van de actuele waarde van de woning, dan heeft u vaak recht op een korting. Door maandelijkse aflossingen en door de stijgende waarde van woningen doet deze laatste situatie zich bij steeds meer mensen voor. Er is echter één nadeel: veel banken hebben in hun voorwaarden opgenomen dat u zelf om deze korting moet vragen! Banken voeren deze korting dus niet automatisch door. Uiteraard kijken wij tijdens een onderhoudsbeurt van uw hypotheek of u inmiddels voor een dergelijke korting in aanmerking komt. Ter illustratie: wij hebben meegemaakt dat een relatie door een klein bedrag extra af te lossen opeens onder een grens zakte van risico-opslagen en in aanmerking kwam voor deze korting.

Maakt u een afspraak?
Wij hebben u een aantal voorbeelden gegeven van onderwerpen waarop wij letten indien wij uw bestaande hypotheek controleren op eventueel veranderende omstandigheden. Onze ervaring is dat in meer dan de helft van de transacties die wij controleren, wij voorstellen kunnen doen die relevante verbeteringen of besparingen opleveren. Daarom nodigen wij u uit: maak een afspraak voor een “onderhoudsbeurt” voor uw hypotheek!

Verzekeringsmaatschappijen streng bij onjuiste informatie bij schade

In dit artikel gaan wij erop in hoe verzekeringsmaatschappijen kunnen reageren als zij merken dat ze bij een schademelding onjuiste informatie hebben ontvangen.

Snel en correct schade afwikkelen
De meeste verzekeringsmaatschappijen doen echt hun best om na ontvangst van een schademelding deze snel en correct af te wikkelen. Soms duurt het langer dan de klant misschien wil. Dit kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van het feit dat de omvang van de schade nog niet definitief kan worden vastgesteld.
Ook zal onderzocht moeten worden of de consument de schade terecht claimt. Dit is nodig om de premies betaalbaar te houden. Helaas zijn er altijd verzekerden die het niet zo nauw nemen met de waarheid.

Sancties zijn fors
Als een consument opzettelijk de verzekeringsmaatschappij probeert te misleiden om daarmee onterecht een schade-uitkering te krijgen, dan zijn de sancties fors. De vier belangrijkste sancties zijn de volgende: Staat de misleiding vast dan hoeft de verzekeringsmaatschappij de gehele schade niet te vergoeden. Stel dat er een inbraak heeft plaatsgevonden waarbij een duur horloge is gestolen.
Bij de schademelding meldt de bewoner dat niet alleen het horloge maar ook een set dure oorbellen is gestolen, terwijl dit in werkelijkheid niet het geval is. Wanneer de verzekeraar dat ontdekt, dan hoeft de verzekeraar helemaal geen schade te vergoeden. Dus ook niet de kosten van het horloge dat wel is gestolen!
Een tweede sanctie is dat de verzekeraar kosten kan maken om vast te stellen dat er ten onrechte schade is gemeld. Wordt vastgesteld dat er inderdaad opzettelijk een onjuiste schademelding is gedaan dan kan de verzekeraar de kosten van dit onderzoek op de consument verhalen.
Een derde sanctie is dat de verzekeraar de persoonsgegevens van de consument die de verkeerde schademelding heeft gedaan, mag registreren in het door veel financiële instellingen geraadpleegd register. Zo’n registratie kan lange tijd, bijvoorbeeld acht jaar, blijven staan. De consument die geregistreerd staat, zal gedurende deze periode merken dat het niet makkelijk is om een nieuwe verzekering of hypotheek af te sluiten. Een vierde en laatste hier te behandelen sanctie is dat de verzekeringsmaatschappij de verzekering direct kan beëindigen. In de praktijk is het dan lastig om een nieuwe verzekering af te sluiten. Lukt dit wel dan zal hiervoor vaak een hogere premie moeten worden betaald en zullen er speciale voorwaarden gelden.

Twijfel? Niet zomaar iets antwoorden.
Het komt vaak voor dat de informatie die wordt verstrekt na een schade niet helemaal direct klopt. Soms vergissen mensen zich gewoon, of zijn ze nog door de schade geëmotioneerd waardoor fouten worden gemaakt. Ook kan het zijn dat vragen die de verzekeraar stelt niet goed worden begrepen en daardoor ook niet correct worden beantwoord. Dat kan onbedoeld heel vervelende situaties opleveren. Ons kantoor behartigt uw belangen. Niet alleen bij het kiezen van een goede verzekering die aansluit op uw specifieke situatie. Ook geven wij actieve ondersteuning indien u te maken krijgt met een schade.

Wij helpen u om op correcte wijze de schade te melden. Zien wij dat u bepaalde kosten vergeet waarop u wel recht heeft dan maken wij u hierop attent. Wij helpen u ook om de vragen die de verzekeraar stelt op de juiste wijze te beantwoorden. Is u ooit iets niet helemaal duidelijk of twijfelt u? Aarzel dan niet en bespreek dit met ons! Wij doen ons uiterste best ervoor te zorgen dat alle schades snel en correct worden afgewikkeld.

Betalen over spaargeld?

Hier en daar duiken berichten op dat banken overwegen om klanten geen rente meer te geven over spaargeld, maar hiervoor een vergoeding te vragen.

Rente is laag
We vertellen niets nieuws wanneer we stellen dat de rente over spaargeld op dit moment historisch laag is. De vergoeding die u op dit moment over spaargeld ontvangt, is minder dan de inflatie. Daarnaast gaat de overheid ervan uit dat u een bepaald rendement over uw spaargeld behaalt. Hierbij kijkt men niet naar het werkelijke rendement, maar naar het rendement dat de overheid aanneemt dat u zou kunnen behalen. Over dit fictieve rendement wordt dan 30% inkomstenbelasting geheven. Een vast bedrag van uw vermogen (uw bezittingen min uw schulden) is vrijgesteld van belasting. In 2019 bedraagt deze vrijstelling voor een alleenstaande 30.360 euro en voor iemand met een fiscale partner 60.720 euro.

De werkelijkheid is echter dat het werkelijke rendement dat u behaalt over spaargeld veel lager is dan het door de belastingdienst aangenomen fictieve rendement. Samen met de inflatie leidt dit feitelijk ertoe dat de koopkracht van uw spaargeld jaarlijks daalt in plaats van stijgt.

Banken aarzelen
Banken ondervinden ook de gevolgen van de lage rente. Elke bank moet beschikken over een aanzienlijk bedrag aan direct opneembaar geld. Daarbij gaat het om vele miljarden. Dit geld stallen ze van dag tot dag bij de Europese Centrale Bank. Hierover moeten banken een rentevergoeding betalen! Banken aarzelen daarom of zij spaarders nog rente moeten betalen waar de banken zelf, wanneer ze dit geld niet direct kunnen uitlenen, voor dit spaargeld moeten betalen! Hier en daar komen nu geluiden die aangeven dat banken overwegen om klanten een vergoeding te vragen indien mensen spaargeld bij de bank stallen. Of het zover komt is nog maar te bezien.
Te voorspellen is dat de consument hier heel negatief op gaat reageren. Maar wat als toch tot een dergelijke maatregel wordt overgegaan?

In de brandkast?
Te voorspellen is dat de leveranciers van brandkasten dan mooie tijden gaan meemaken. Wij denken dat een aanzienlijk aantal Nederlanders niet wil betalen om hun spaargeld bij een bank te mogen onderbrengen.
In reactie hierop zal een aantal mensen hun spaargeld opnemen en “thuis bewaren”. Wij denken dat dit niet verstandig is. Het risico dat het geld verloren gaat is dan groot. Denk aan diefstal maar ook aan brand. Vrijwel alle inboedelverzekeringen vergoeden bij inbraak of brand maar een beperkt bedrag voor verlies aan contant geld.

Wij helpen u graag met goede keuzen
Het is altijd verstandig om wat spaargeld “achter de hand” te hebben voor calamiteiten. Heeft u echter structureel reserves voor de langere termijn, dan kan het verstandig zijn om naar alternatieven te kijken. Voor de een kan het voordelig zijn om een extra aflossing te doen op de hypotheekschuld, voor de ander kan het aantrekkelijker zijn om een bepaald bedrag op een veilige manier te beleggen. Voor weer een ander kan het aantrekkelijk zijn om een deel van de hypotheek die de eigen kinderen afsluiten te financieren.

Zo zijn er nog veel meer opties om buiten sparen toch een rendement te behalen over uw spaargeld. Maar het bewaren van geld bij u thuis raden wij u af. Wilt u eens met ons van gedachten wisselen over de alternatieven die voor u passend zijn, dan kan dat. Wanneer u contact met ons opneemt, maken wij graag een afspraak.

Brandpreventie, verkleindekansopbrand.nl

Op de website van de Brandweer en de Nederlandse Brandwonden Stichting www.verkleindekansopbrand.nl zijn allerlei tips opgenomen over preventieve maatregelen om brandschade te voorkomen en ook hoe te handelen bij brand.
Ook adviseren wij u om als u stookt met hout, kolen of olie uw schoorsteen eens per jaar te laten vegen. Op zich stellen verzekeraars geen strikte eisen aan het rookkanaal. Behalve in het geval van een rieten kap, dan is een vonkenvanger verplicht. Als een schoorsteenbrand zou ontstaan dan is het wel handig als u de bonnetjes van de schoorsteenveger kunt overleggen: een beroep op onzorgvuldig handelen van uw kant is dan direct van de baan!

Wat als iemand tijdens een teamsport door u letsel oploopt?

Over sporten gesproken: u gaat net even te laat van huis. U dreigt uw trein te missen. Bij het station neemt u een spurt. In volle vaart raakt u iemand die vervolgens ongelukkig komt te vallen, een beenbreuk oploopt en een aantal weken niet kan werken.

Aansprakelijk
In een situatie als hierboven geschetst zult u in het algemeen aansprakelijk zijn voor de schade van het slachtoffer. U heeft een onaanvaardbaar risico genomen door in een drukke stationshal te gaan rennen, met het risico iemand te raken en bent daarmee aansprakelijk voor deze schade. Indien u een Aansprakelijkheidsverzekering voor Particulieren heeft, zal deze de schade vergoeden omdat u wel aansprakelijk bent, maar de ander niet met opzet heeft laten vallen.

Op het sportveld
Op het sportveld kan iets soortgelijks gebeuren. Een sprint, niet om de trein te halen, maar om als eerste bij de bal te zijn. Ook hier kunt u in aanraking komen met een medespeler die ongelukkig ten val komt en zijn been breekt. In die situatie zult u niet aansprakelijk zijn voor de schade die uw medespeler heeft opgelopen. De rechtspraak heeft namelijk uitgemaakt dat deelnemers aan een sport- of spelsituatie moeten accepteren dat in redelijkheid andere deelnemers gevaarlijke of verkeerd getimede handelingen kunnen verrichten waardoor zij schade oplopen. Je zou kunnen zeggen dat door aan een wedstrijd of spel deel te nemen alle deelnemers in zekere mate dit risico accepteren.

Mits normaal gedrag
Deze risico-acceptatie wordt aangenomen zolang er sprake is van een normale uitoefening van het spel. Maar is het spel afgelopen of worden er handelingen gepleegd die niet passen in de normale uitoefening van het spel dan zal bij schade de dader toch weer aansprakelijk kunnen zijn.

Overigens geldt dit ook voor de toeschouwer bij een voetbalwedstrijd die een bal vol in zijn gezicht krijgt, waardoor zijn dure bril kapot gaat. Komt de bal in het publiek tijdens de voetbalwedstrijd dan zal de voetballer die de bal schopte niet voor de schade aan de bril aansprakelijk zijn. Is het spel afgelopen en schopt een speler (waarschijnlijk omdat hij verloren heeft) de bal woest het publiek in, dan zal deze aansprakelijkheid er weer wel zijn.

Klimaat heeft ook aandacht van de financiële sector

In het Regeerakkoord is opgenomen dat de CO2-uitstoot in 2030 met 49% verminderd moet zijn. Dat zal alleen lukken wanneer op allerlei plaatsen in de samenleving maatregelen worden genomen. Ook de financiële sector zal hierbij betrokken zijn. In dit artikel een drietal voorbeelden.

Nieuwe hypotheekvorm
Vrijwel iedereen die een woning koopt, sluit hiervoor een hypothecaire lening af. De hoogte van het bedrag dat men kan lenen hangt in belangrijke mate af van het inkomen dat iemand heeft en de waarde van de woning waarvoor de lening wordt aangevraagd. De hypothecaire lening is gekoppeld aan de persoon die de lening aangaat. Deze persoon staat garant dat de schuld op enig moment wordt afgelost. Indien bij verkoop de opbrengst van de woning onvoldoende is om de (resterende) hypotheekschuld af te lossen, heeft dit tot gevolg dat degene die de lening is aangegaan met deze (rest-)schuld blijft zitten.

Om woningen te verduurzamen zijn waarschijnlijk forse investeringen nodig. Er is politiek weinig draagvlak om consumenten nog meer te laten lenen voor de financiering van hun woning. Daarom wordt gewerkt aan een nieuwe hypotheekvorm. Deze nieuwe hypotheekvorm wordt aangeduid met de term gebouw gebonden financiering.

In de kern gaat het bij deze nieuwe hypotheek om het volgende. Er wordt een lening verstrekt om de woning te verduurzamen. Deze lening wordt gekoppeld aan de woning en niet aan de persoon die de lening aangaat. De eigenaar betaalt wel rente en aflossing. Maar deze kosten hiervan zijn, als het goed is, nooit meer dan de besparing aan energie die met de verduurzaming is bereikt. De totale woonlasten veranderen door deze lening niet. Verkoopt de eigenaar de woning dan blijft de lening gekoppeld aan de woning. Degene die de lening is aangegaan hoeft het restant van de lening bij verkoop dus niet af te lossen. De koper van de woning neemt de betaling van rente en aflossing voor de gebouw gebonden financiering met het huis over.

Op dit moment vindt in een aantal gemeenten al een proef plaats met deze nieuwe hypotheekvorm. Om deze nieuwe leningsvorm landelijk te kunnen aanbieden moet het Burgerlijk Wetboek worden aangepast. De intentie is om deze aanpassing in 2022 gereed te hebben.

Verzekering voor elektrische auto wordt duurder
In de komende jaren zullen steeds meer auto’s volledig elektrisch worden. Op dit moment zijn de catalogusprijzen van elektrische auto’s nog fors hoger dan van auto’s die op benzine of diesel rijden. Een belangrijk deel van de premie van een autoverzekering wordt bepaald door de cataloguswaarde van de auto. Hoe hoger deze cataloguswaarde, hoe hoger ook de premie voor de autoverzekering is. De verwachting is dat naarmate er meer elektrische auto’s op de markt komen de cataloguswaarde zal dalen.

Op dit moment zijn de premieverschillen voor kleine auto’s beperkt. Voor een Volkswagen Up betaalt u voor een elektrische variant minder dan tien euro per maand extra voor de verzekering. De verschillen worden (veel) groter bij auto’s uit de hogere prijsklassen. In zijn algemeenheid is te zien dat de premies van autoverzekeringen hoger worden. Dit is onder meer het gevolg van het feit dat moderne auto’s “vol” zitten met allerlei elektronica. Bijvoorbeeld sensoren die waarschuwen wanneer de auto te dicht op de voorganger rijdt. Maar ook een achteruitrijcamera behoort steeds vaker tot de standaarduitrusting. Het zijn nuttige toevoegingen aan de auto. Maar ze leiden wel tot veel hogere reparatiekosten bij schade. Deze hogere kosten leiden vervolgens weer tot hogere premies voor de autoverzekering.

Meer aandacht voor welzijn bij vermogensopbouw
Financiële instellingen beheren heel veel geld voor hun relaties. Geld dat “gespaard” wordt voor bijvoorbeeld de financiering van de studie van de kinderen, de aflossing van de schuld van de woning of voor het pensioen. Deze doelstellingen kunnen meestal alleen worden gerealiseerd indien over de premies en reserveringen die zijn betaald in de jaren daarna een bepaald rendement wordt behaald.

Financiële instellingen beleggen de aan hen toevertrouwde gelden met het doel voor hun klanten een bepaald rendement te behalen. In de afgelopen jaren zijn steeds meer financiële instellingen tot het inzicht gekomen dat zij een zware verantwoordelijkheid hebben waar wel en niet in wordt belegd. Steeds meer financiële instellingen hebben besloten niet meer te beleggen in ondernemingen die bijvoorbeeld wapens of tabaksproducten vervaardigen, of in ondernemingen die producten leveren die met kinderarbeid zijn gemaakt of waarbij delen van het oerwoud zijn vernietigd. Te zien is dat de aandacht voor beleggingen die bijdragen aan beperking van de schade aan het milieu, nu ook steeds meer aandacht krijgen. Het goede nieuws daarbij is dat steeds meer onderzoeken uitwijzen dat op maatschappelijk verantwoorde wijze beleggen niet automatisch lagere rendementen tot gevolg hebben.

Waar het gaat om producten waarmee u vermogen opbouwt, houden wij ook rekening met uw visie op de mate waarin u wilt dat uw geld op maatschappelijk verantwoorde wijze wordt belegd

Samenwonen, wat moet je vastleggen?

Woon je samen of ga je binnenkort samenwonen? Dan is het slim om je relatie officieel vast te leggen in een samenlevingscontract of geregistreerd partnerschap.

Zie voor meer informatie ons artikel in Erkend Financieel adviseur:
link : https://www.levenwonen.nl/rc/4337717e-cc90-4c4d-b92d-618b208c3d48

Regel de erfenis

Je wilt er niet bij stilstaan, maar toch is het belangrijk om je erfenis te regelen. Als jij komt te overlijden wil je natuurlijk dat je partner goed achterblijft. Dit doe je door over de erfenis na te denken en dit vast te leggen in een testament.

Samenwonen en erven
Als jij en je partner samenwonen en er één van de twee komt te overlijden, erven jullie niet automatisch van elkaar. Wanneer er niets is vastgelegd in het testament of in het samenlevingscontract gaan alle bezittingen van de persoon die overleden is naar de ouders, broers en zussen. Hebben jullie bijvoorbeeld samen het huis ingericht? Dan gaat de helft van de inrichting naar de familie van je partner. Het is echter wel mogelijk om in het samenlevingscontract afspraken vast te leggen over jullie bezittingen. Je kunt bijvoorbeeld vastleggen dat de woning en jullie gezamenlijke bezittingen in geval van overlijden eigendom worden van de andere partner. Op basis van het samenlevingscontract hoeven de bezittingen daarom niet verdeeld te worden over de familie.

Trouwen/geregistreerd partnerschap en erven
Wanneer jij je handtekening zet onder een huwelijksakte of akkoord gaat met het geregistreerd partnerschap, worden jullie automatisch elkaars erfgenaam. Is er niets vastgelegd in een testament, dan erf jij automatisch van je partner wanneer hij of zij komt te overlijden. Deze erfenis moet wel gedeeld worden met eventuele kinderen. Deze regels gelden voor zowel getrouwde stellen als partners die wettelijk geregistreerd staan in de burgerlijke stand.

Testament
Als je komt te overlijden, bepaalt de wet je erfenis. Je kunt echter ook zelf bepalen wat er met jouw bezittingen moet gebeuren. Dit doe je door de erfenis vast te laten leggen in een testament. In een testament kun je bijvoorbeeld op laten nemen wie je erfgenamen zijn en welk deel zij krijgen. Wil je personen uit de erfenis schrappen of juist aan de lijst met erfgenamen toevoegen? Dan kun je dit ook vast laten leggen in het testament. Ook leg je in je testament vast wie de erfenis moet afhandelen. Tot slot is het mogelijk om in het testament vast te laten leggen wie het recht krijgt om in de woning te blijven wonen. Als je niks vastlegt in een testament, dan erven de partner én kinderen. Hebben jij en je partner samen een huis én heb je kinderen, dan moeten je partner en je kinderen de waarde van de (helft van de) woning verdelen. In het testament kun je vastleggen dat 1 erfgenaam na jouw dood het vruchtgebruik krijgt van de woning. Dat betekent dat hij of zij in de woning mag blijven wonen zonder dat daar een vergoeding voor betaald dient te worden. De andere erfgenamen blijven mede-eigenaar van de woning, maar zij mogen er zelf niet gaan wonen, de woning slopen, verbouwen of verkopen.

Voor meer informatie raadpleeg de notaris of uw financieel Adviseur.

Blijft er wel wat over van de erfenis?

Veel mensen zijn bezorgd dat ze in een verzorgingshuis hun hele eigen vermogen moeten gebruiken voor de eigen bijdrage, en dat er niks overblijft om aan de kinderen na te laten.

In Nederland betaalt de overheid de zorgkosten, maar in sommige gevallen moet u wel een eigen bijdrage betalen voor zorg. De eigen bijdrage is afhankelijk van inkomen en vermogen. Als uw inkomen hoog genoeg is om de eigen bijdrage te betalen is er niets aan de hand, en teert u niet in op uw vermogen.

Is uw inkomen niet zo hoog maar heeft u vermogen of een eigen huis met overwaarde, dan kunt u wel te maken krijgen met een eigen bijdrage die hoger is dan het maandelijkse inkomen. U moet dan misschien interen op uw vermogen. Sinds kort is voor die groep mensen de situatie wel verbeterd door een hogere vrijstelling van het vermogen.

Zekerheidshalve kunt u nog een optie inbouwen in uw testament om het vermogen te verlagen als u als langstlevende in een verzorgingshuis wordt opgenomen. U kunt de kinderen in die gevallen hun erfdeel laten opeisen, zodat de berekening van de eigen bijdrage lager kan uitvallen. Wilt u meer weten over deze mogelijkheid neem dan gerust contact op met ons kantoor.

Bron: www.hetcak.nl, www.consumentenbond.nl/wlz.

Fietsen en aansprakelijkheid bij schade. Weet u de weg?

Lekker op de fiets naar het werk of de supermarkt. Maar helaas, u ziet een kuil in het fietspad niet en komt lelijk te vallen. Fiets en broek stuk. Maar erger nog, u raakt ook ernstig geblesseerd aan uw hand. Maanden revalidatie zijn nodig. En nu?

Verantwoordelijkheid Wegbeheerder
Artikel 16 Wegenwet is duidelijk: De gemeente heeft te zorgen dat de binnen haar gebied liggende wegen, met uitzondering van de wegen welke door het Rijk of een provincie worden onderhouden, in goede staat verkeren.
Deze verplichting geldt in gelijke mate voor wegen die onder beheer staan van het Rijk en de Provincie. Al deze instanties worden hierna “wegbeheerder” genoemd.
De wegbeheerder is niet alleen aansprakelijk voor de goede staat van de weg maar ook voor de weguitrusting. Hieronder vallen verlichtingsmasten, bussluizen, vluchtheuvels, etc.

Wanneer aansprakelijk?
In zijn algemeenheid kan worden aangenomen dat een wegbeheerder aansprakelijk is voor de schade die iemand lijdt als gevolg van gebreken aan de weg en weguitrusting die bij normaal weggedrag een gevaar en een risico op schade opleveren voor de weggebruiker.
Normaal weggedrag houdt in dat een fietser de normale oplettendheid in acht neemt. Oneffenheden in de weg die goed zichtbaar zijn, kunnen ertoe leiden dat de rechter tot het oordeel komt dat deze kuil geen gevaar oplevert omdat deze voor een oplettende fietser goed te zien is.

Wanneer niet aansprakelijk
Een wegbeheerder is niet aansprakelijk wanneer in redelijkheid de schade niet te voorkomen was. Neem als voorbeeld dat onbekenden in de avonduren het waarschuwingsbord “Let op: scherpe bocht naar rechts” weghalen, en enkele uren nadien een automobilist te laat instuurt en tegen een boom rijdt. Van een wegbeheerder kan nu eenmaal niet worden verwacht dat deze elke minuut van de dag elk stuk weg bewaakt.
De wegbeheerder is ook niet aansprakelijk indien hij kan bewijzen dat het ongeval te wijten is aan het wangedrag van het slachtoffer. Wanneer een automobilist binnen de bebouwde kom met 90 kilometer de scherpe bocht naar rechts “mist”, dan kan de automobilist niet met succes de wegbeheerder aansprakelijk stellen met als argument dat al enige tijd het waarschuwingsbord “scherpe bocht naar rechts” verdwenen was en dat de wegbeheerder dit niet tijdig heeft vervangen.

Nuances
De rechtspraak over de aansprakelijkheid van de wegbeheerder laat zien dat er veel nuances zijn. De vraag of de wegbeheerder een verwijt kan worden gemaakt de weg onvoldoende onderhouden te hebben, hangt bijvoorbeeld ook af van het gebruik van die weg. Een gebrek op een smal fietspad dat zelden wordt gebruikt, leidt minder snel tot aansprakelijkheid van de wegbeheerder dan een doorgaand fietspad waarvan elke dag talloze fietsers gebruik maken. Voorts geldt de risico-aansprakelijkheid van de wegbeheerder alleen voor openbare en verharde wegen.

Conclusie
Wegbeheerders kunnen onder omstandigheden risicoaansprakelijk zijn ten gevolge van een slecht onderhouden weg waardoor de gebruiker van die weg schade heeft geleden. In de praktijk zullen wegbeheerders aansprakelijkheid vaak afwijzen door bijvoorbeeld te stellen dat het gebrek in de weg voor een oplettende gebruiker goed waarneembaar was. Wij zien dan ook dat wij vaak meer dan één brief moeten opstellen om de wegbeheerder zo ver te krijgen aansprakelijkheid te erkennen. Zeker voor dit soort situaties kan een rechtsbijstandverzekering goede diensten bewijzen. Heeft u schade aan bijvoorbeeld uw auto en meent u dat de wegbeheerder hiervoor een verwijt valt te maken, zorg dan voor foto’s en getuigen en neem contact op met ons kantoor.

Gestopt met roken? Pas je ORV aan

Goede voornemens. De een wil gezonder gaan eten en is vastberaden minstens 1x per week de sportschool te bezoeken, de ander belooft voor eens en voor altijd te stoppen met roken en nooit meer een sigaret aan te raken in het nieuwe jaar. Helaas geldt voor de meeste mensen met goede voornemens dat zij binnen een week weer terugvallen in hun oude gewoontes. Wie echter enkele jaren geleden heeft doorgezet, kan nu mogelijk geld besparen. Want wist je dat je dankzij je goede voornemen om te stoppen met roken – mits je je eraan houdt uiteraard – niet alleen geld bespaart door geen sigaretten meer te kopen?

Wie definitief is gestopt met roken, hoeft minder premie te betalen voor zijn of haar overlijdensrisicoverzekering. Niet direct, maar mocht jij je goede voornemen volhouden dan kun je over zo’n 2 jaar honderden euro’s per jaar besparen op je maandelijkse premie. Voordeel voor niet-rokers Bij het aanvragen van de overlijdensrisicoverzekering moet je een vragenlijst invullen. Er wordt onder andere gevraagd of je rookt. Je bent verplicht om deze vragenlijst naar waarheid in te vullen. Moet jij de vraag met ja beantwoorden, dan wordt je premie hierop aangepast. Niet-rokers betalen minder premie dan rokers. De reden hiervoor is dat verwacht wordt dat de kans op overlijden voor een roker groter is dan voor een niet-roker. Als roker moet je het risico hierop verzekeren en hier zitten extra kosten aan verbonden.

Gestopt met roken? Geef het door Ben jij definitief gestopt met roken? Pas je overlijdensrisicoverzekering dan aan, ook wanneer je al jaren geleden gestopt bent. Je hoeft geen nieuwe polis aan te vragen, maar kunt de verzekering in de meeste gevallen gewoon aan laten passen. Kom je er niet uit of heb je vragen? Dan kun je uiteraard bij ons terecht.

Goed om even bij stil te staan: de nieuwe WOZ-waarde van uw woning

In de beschikking van de gemeente wordt de nieuwe WOZ-waarde van de woning vastgesteld. Het is verstandig om deze beschikking dit jaar met extra aandacht te lezen.
De waarde van elke woning wordt vastgesteld De waarde van elke woning wordt ieder jaar vastgesteld. De waardebepaling loopt altijd een jaar “achter”. De beschikking die u uiterlijk eind februari 2019 ontvangt, betreft de geschatte marktwaarde van uw woning op 1 januari 2018.

Waardebepaling werkt door in tal van belastingen
De waarde van uw woning zoals die in de WOZ-beschikking is vermeld wordt gebruikt als grondslag voor tal van heffingen en belastingen. Om er een paar te noemen:
•Onroerendezaakbelasting;
•Afvalstoffenheffing;
•Rioolheffing;
•Heffingen water-of hoogheemraadschap;
•Hoogte eigenwoningforfait;
•Erfbelasting.

Het is voor u belangrijk dat uw woning op de juiste waarde wordt getaxeerd!

Waarde zal hoger zijn dan vorig jaar
De verwachting is dat de WOZ-waarde zoals u in de komende weken ontvangt fors hoger is dan vorig jaar. Landelijk wordt rekening gehouden met een stijging van 6%. In bepaalde gebieden kan dit nog hoger zijn. Zo wordt voor Amsterdam en Rotterdam een stijging van meer dat 15% verwacht.

Taxaties zijn ruwe indicaties
Het is niet mogelijk om alle woningen elk jaar individueel te taxeren. De WOZ-waarde wordt dan ook vrij grof vastgesteld. Via geautomatiseerde bestanden wordt gekeken naar de verkoopprijzen van woningen in de buurt. Vervolgens wordt rekening gehouden met zaken als oppervlakte, inhoud en bouwjaar van de woning. Op deze manier wordt getracht zo goed mogelijk een inschatting te maken van de waarde van de woning. Dat systeem werkt redelijk indien in een bepaald gebied de woningen vrijwel gelijk zijn. Denk bijvoorbeeld aan een flat waarbij alle eenheden even groot zijn. Het systeem werkt minder goed naarmate de verschillen van de woningen binnen een gebied of straat groter zijn. Die verschillen kunnen bestaan uit bijvoorbeeld de ligging en onderhoud van de woning.

WOZ-waardes zijn openbaar
U kunt de WOZ-waardes van de woningen in de buurt raadplegen. Deze informatie is sinds 1 oktober 2016 openbaar. U kunt hiervoor naar de site https://www.wozwaardeloket.nl gaan. Via deze site kunt u dus zien hoe de WOZ-waarde van uw woning zich verhoudt tot woningen in uw omgeving die naar uw oordeel min of meer gelijkwaardig zijn aan uw woning. Binnen zes weken nadat u de beschikking van de gemeente heeft ontvangen, kunt u bezwaar maken tegen de vastgestelde waarde van de woning. In dit bezwaar dient u te motiveren waarom u van mening bent dat de waarde van uw woning te hoog is vastgesteld.

Ook voor uw hypotheek belangrijk!
Indien u een hypotheek wilt afsluiten kijkt de bank bij het bepalen van het maximale bedrag dat u kunt lenen onder meer ook naar de WOZ-waarde van de woning waarvoor u de hypotheek aanvraagt.
Ook voor een hypotheek die u in het verleden heeft afgesloten, kan de WOZ-beschikking die u binnenkort ontvangt van belang zijn. Dit is onder meer het geval indien de hoogte van de rente die u over de geldlening betaalt mede afhangt van de actuele WOZ-waarde in verhouding tot het nog af te lossen bedrag van de hypotheeklening. Er zijn namelijk nog steeds veel hypotheken waarbij u recht heeft op een (iets) lagere hypotheekrente indien het bedrag dat nog afgelost moet worden bijvoorbeeld minder bedraagt dan 60 % van de waarde van de woning. Ook in de situatie dat u in het afgelopen jaar niets op de lening heeft afgelost, kan door de stijging van de waarde van de woning opeens zo’n grens worden bereikt. Bepaalde banken passen de hypotheekrente automatisch aan. Bij andere banken moet u daar uitdrukkelijk om verzoeken.

Wij zijn u graag van dienst
Ontvangt u de nieuwe WOZ-beschikking en wilt u weten of dit u recht geeft op een korting op uw bestaande hypotheek? Of heeft u het gevoel dat de waarde veel te hoog is vastgesteld en wilt u bezwaar aantekenen? U kunt hierover van ons informatie ontvangen. Neem dan contact op met ons kantoor. Wij zijn u graag van dienst.

Over auto’s valt altijd weer iets te vertellen

Schorsen voertuig voor meerdere jaren mogelijk

Wanneer u besluit uw auto voor langere tijd niet te gebruiken, dan kunt u het voertuig bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer, RDW, schorsen. Tijdens de schorsing hoeft u niet te voldoen aan de voertuigverplichtingen (motorrijtuigenbelasting, WA-verzekering en APK-plicht). De motorrijtuigenbelasting stopt automatisch. Sinds dit jaar kunt u uw auto voor 1, 2 of 3 jaar schorsen. Een schorsing kan zin hebben wanneer u bijvoorbeeld de (klassieke auto) gaat restaureren. Om vrijgesteld te zijn van motorrijtuigenbelasting mag u een geschorste auto niet parkeren op de openbare weg!

Bij schorsing van de auto via de RDW wordt de autoverzekering niet automatisch gestopt. Is dat wel uw wens neem dan contact met ons op. Daarbij is het wel belangrijk te beseffen dat mocht de auto gedurende de schorsingsperiode worden gestolen of bijvoorbeeld door brand beschadigd raken, er waarschijnlijk ook geen dekking is op grond van een verzekering. Ons advies: neem in dit soort situaties altijd contact met ons kantoor op. Wij bespreken dan specifiek uw situatie en zullen u hierover dan graag adviseren.

Tarieven verkeersboetes met ingang van 1 januari 2019 verhoogd

Met ingang van 1 januari 2019 zijn de tarieven voor verkeersboetes verhoogd. Alle tarieven worden verhoogd met minimaal de inflatiecorrectie van 1,7%. Naast de correctie voor inflatie kan de overheid de boetes voor bepaalde overtredingen extra verhogen om te proberen op die manier het aantal overtredingen op dat gebied te verminderen. Enkele van de tarieven zoals die vanaf 1 januari 2019 gelden:
– Rechts inhalen 240 euro
– Tijdens rijden als bestuurder mobiele telefoon vasthouden 240 euro 
– Onnodig links rijden 140 euro
– Overschrijding maximale snelheid op snelweg met 37 km 384 euro
– 10 km te hard binnen bebouwde kom 72 euro

We kunnen echt veiliger rijden!

Een grote verzekeraar heeft recent een onderzoek gehouden onder automobilisten. De resultaten geven aan dat we het met elkaar echt nog wel wat veiliger kunnen maken op de weg. Ruim de helft (53%) van de automobilisten geeft toe soms te hard te rijden. Te harde muziek afspelen waardoor de concentratie op wat er in het verkeer gebeurt doet 28 % van de automobilisten wel eens. Rechts inhalen 20 % en smartphonegebruik met 13 % zijn andere zaken waaraan automobilisten zelf zeggen zich wel eens schuldig te maken.